1. Bepaal de aanwezigheid van gevaarlijke omgevingsgassen
KLASSEⅠ (Ontvlambare gassen, dampen of vloeistoffen)
Gebiedsclassificatie
Divisie 1:
Waar ontvlambare concentraties van ontvlambare gassen, dampen of vloeistoffen altijd of soms aanwezig kunnen zijn onder normale bedrijfsomstandigheden.
Divisie 2:
Waar ontvlambare concentraties van ontvlambare gassen, dampen of vloeistoffen waarschijnlijk niet aanwezig zijn onder normale bedrijfsomstandigheden.
Zone 0:
waar ontvlambare concentraties van ontvlambare gassen, dampen of vloeistoffen continu of gedurende lange perioden aanwezig zijn onder normale bedrijfsomstandigheden.
Zone 1:
Waar ontvlambare concentraties van ontvlambare gassen, dampen of vloeistoffen waarschijnlijk aanwezig zijn onder normale bedrijfsomstandigheden.
Zone 2:
waar ontvlambare concentraties van ontvlambare gassen, dampen of vloeistoffen waarschijnlijk niet aanwezig zijn onder normale bedrijfsomstandigheden.
2. Onderscheid de soorten gevaarlijke omgevingsgassen
Groepen
Divisie 1 en 2 Zone 0, 1 en 2
A (acetyleen) IIC (acetyleen & waterstof)
B (waterstof) IIC (acetyleen & waterstof)
C (ethyleen) IIB (ethyleen)
D (propaan) IIA (propaan)
3. Telefoon max. oppervlaktetemperatuur (minder dan gasontstekingstemperatuur)
Temperatuurklassen
Divisie 1 en 2: Zone 0, 1 en 2:
T1 (≤450°C) T1 (≤450°C)
T2 (≤300°C) T2 (≤300°C)
T2A (≤280°C) -
T2B (≤260°C) -
T2C (≤230°C) -
T2D (≤215°C) -
T3 (≤200°C) T3 (≤200°C)
T3A (≤180°C) -
T3B (≤165°C) -
T3C (≤160°C) -
T4 (≤135°C) T4 (≤135°C)
T4A (≤120°C) -
T5 (≤100°C) T5 (≤100°C)
T6 (≤85°C) T6 (≤85°C)
4. Beschermingsmethoden voor apparatuur en bijbehorende markeringen
4.1 Internationale beschermingstechnieken (beschermingsniveaus voor apparatuur) | 4.2 Noord-Amerikaanse beschermingstechnieken |
Zone 0: • Intrinsieke veiligheid, "ia" (Ga) • Inkapseling, "ma" (Ga) of "m" voor CAN • Klasse I, Div 1 intrinsieke veiligheid |
Div.1: • Intrinsieke veiligheid • Explosieveilig • Gespoeld/onder druk (Type X of Y) • Elke Klasse I, Zone 0 techniek |
Zone 1: • Vlamdicht, "d" (Gb) • Onder druk zetten, "px" of "py" (Gb) of "p" voor CAN • Poedervulling, "q" (Gb) • Olie-onderdompeling, "o" (Gb) • Verhoogde veiligheid, "e" (Gb) • Intrinsieke veiligheid, "ib" (Gb) • Inkapseling, "mb" (Gb) of "m" voor CAN • Elke Zone 0 techniek • Elke Klasse I, Div 1 techniek |
Div.2: • Hermetisch afgesloten • Niet-ontvlambaar • Niet-vonkend • Gespoeld / onder druk (Type Z) • Verzegeld • Elke Klasse I, Divisie 1 techniek • Elke Klasse I, Zone 0, 1 of 2 techniek |
Zone 2: • Onder druk zetten, "pz" (Gc) of "n" voor CAN • Intrinsieke veiligheid, "ic" (Gc) of "n" voor CAN • Ingepakt, "nC" (Gc) • Gesloten-breuk, "nC" (Gc) • Energiebeperkt, "nL" (Gc) • Hermetisch afgesloten, "nC" (Gc) • Niet-ontvlambaar, "nC" (Gc) • Niet-vonkend, "nA" (Gc) • Beperkte ademhaling, "nR" (Gc) • Verzegeld, "nC" (Gc) • Inkapseling, "mc" (Gc) of "n" voor CAN • Elke Zone 0 of 1 techniek • Elke Klasse 1, Div 1 of 2 techniek |
-- |
5. Bepaal de aanwezigheid van stof
KLASSEⅡ (Brandbaar stof)
Gebiedsclassificatie
Divisie 1:
Waar ontvlambare concentraties van brandbaar stof altijd of soms aanwezig kunnen zijn onder normale bedrijfsomstandigheden.
Divisie 2:
Waar ontvlambare concentraties van brandbaar stof waarschijnlijk niet aanwezig zijn onder normale bedrijfsomstandigheden.
Zone 20:
Waar ontvlambare concentraties van brandbaar stof of ontvlambare vezels/vliegstoffen continu of gedurende lange perioden aanwezig zijn onder normale bedrijfsomstandigheden.
Zone 21:
Waar ontvlambare concentraties van brandbaar stof of ontvlambare vezels/vliegstoffen waarschijnlijk aanwezig zijn onder normale bedrijfsomstandigheden.
Zone 22:
Waar ontvlambare concentraties van brandbaar stof of ontvlambare vezels/vliegstoffen waarschijnlijk niet aanwezig zijn onder normale bedrijfsomstandigheden.
6. Onderscheid het type stof
Groepen
Divisie 1 en 2: Zone 20, 21 en 22:
E (metaalstof - alleen Div. 1) IIIC (geleidend stof)
F (koolstofhoudend stof) IIIB (niet-geleidend stof)
G (niet-geleidend stof) IIIB (niet-geleidend stof)
- IIA (brandbare vliegstoffen)
7. Telefoon Max. oppervlaktetemperatuur
Temperatuurklassen
Divisie 1 en 2: Zone 20, 21 en 22:
T1 (≤ 450°C) Geen.
T2 (≤ 300°C) ----------------------------
T2A (≤ 280°C) Opmerking: Voor Zone 20, 21
T2B (≤ 260°C) en 22, apparatuur
T2C (≤ 230°C) moet worden gemarkeerd om
T2D (≤ 215°C) de werking aan te tonen
T3 (≤ 200°C) temperatuur
T3A (≤ 180°C) (maximale oppervlaktetemperatuur)
T3B (≤ 165°C)
T3C (≤ 160°C)
T4 (≤ 135°C)
T4A (≤ 120°C)
T5 (≤ 100°C)
T6 (≤ 85°C)
8. Beschermingsmethoden voor apparatuur en bijbehorende markeringen
8.1 Internationale beschermingstechnieken (beschermingsniveaus voor apparatuur) | 8.2 Noord-Amerikaanse beschermingstechnieken |
Zone 20: • Behuizing, "ta" (Da) • Intrinsieke veiligheid, "ia" (Da) • Inkapseling, "ma" (Da) • Elke Klasse II, Div 1 techniek |
Div.1 • Intrinsieke veiligheid • Stofontstekingsveilig • Onder druk • Elke Zone 20 techniek |
Zone 21: • Behuizing, "tb" (Db) of "t" voor USA • Onder druk zetten, "p" (Db) • Intrinsieke veiligheid, "ib" (Db) • Inkapseling, "mb" (Db) • Elke Zone 20 techniek • Elke Klasse II, Div 1 techniek |
Div.2 • Stofdicht • Hermetisch afgesloten • Niet-ontvlambaar • Onder druk • Verzegeld • Elke Klasse II, Divisie 1 techniek • Elke Zone 20, 21 of 22 techniek |
Zone 22: • Behuizing, "tc" (Dc) • Onder druk zetten, "p" (Dc) • Intrinsieke veiligheid, "ic" (Dc) • Inkapseling, "mc" (Dc) • Elke Zone 20 of 21 techniek • Elke Klasse II, Div 1 of 2 techniek |
-- |
Explosieveilige gebiedsclassificatie referentie
BIJVOORBEELD (Explosieveilige telefooncertificeringsstandaard)
II 2G Ex eb ib [ib Gb] mb IIC T6 Gb II 2D Ex ib [ib Db] tb IIIC T80 °C Db IP66 |
II: voor oppervlakte-industrie 2: Toegestaan in Zone 1 en Zone 21 G: gas D: stof Ex: Duidt op explosiebescherming eb: Verhoogde veiligheid tb: Behuizingsbescherming ib Gb: Intrinsieke veiligheid ib Db: Intrinsieke veiligheid mb: Inkapseling ib: Intrinsieke veiligheid IIC: acetyleen & waterstof IIIC: geleidend stof T6: oppervlaktetemperatuur van de apparatuur ≤85°C IP66: beschermingsstandaard tegen binnendringen |